Toegangstesten dure grap
Met behulp van toegangstesten moet het mogelijk worden om de samenleving sneller te openen. Dat is het idee achter het wetsvoorstel van het kabinet.
De afgelopen tijd zijn er z.g. field labs gehouden, waarbij mensen naar een voetbalwedstrijd of ander evenement konden na het tonen van een negatief testbewijs. Het kabinet wil dat mensen ook weer naar musea, bioscopen of restaurants kunnen.
Van de noodzaak is niet de hele Tweede Kamer overtuigd, nu het nog maar een kwestie van maanden lijkt voordat een groot deel van de bevolking tegen het coronavirus is gevaccineerd. En er zijn bezwaren van sommige partijen, omdat er een tweedeling kan ontstaan tussen mensen die zich wel en zich niet willen laten testen. Een aantal partijen vraagt zich daarbij af of het hele project het geld wel waard is: 1 miljard euro!
Partijen hebben ook nog vragen over de kosten voor burgers. Na 1 juli moeten mensen een eigen bijdrage betalen. Die eigen bijdrage zou 7,50 euro worden en alleen gaan gelden voor grote evenementen als festivals. Onder meer de PvdA en D66 verzetten zich hiertegen.
En dan is er nog de kwestie van het vaccinatiebewijs. D66 wil dat dat ook in de wet komt als alternatief voor een negatief testbewijs. In andere woorden: als je ingeënt bent, zou je geen negatieve test meer hoeven te laten zien.
Volgens het ministerie van Volksgezondheid is het daar nog te vroeg voor. Eerst moet duidelijk worden of en in welke mate een vaccinatie voorkomt dat mensen besmet raken of het virus doorgeven. De Gezondheidsraad komt half mei met een advies hierover.