Zwemt deze robotdolfijn straks in Dolfinaria?

Geschreven door Redactie

Hij kan springen, hoge piepgeluidjes maken en heel lief kijken. Toch is deze dolfijn niet echt. Een Amerikaans techbedrijf maakte een robotversie die dolfijnen kan vervangen tijdens het geven van shows.

Dolfinaria in verschillende landen krijgen veel kritiek. Hun dolfijnenshows zouden helemaal niet goed zijn voor de grijze tuimelaar. De dieren zouden er niet gelukkig zijn. Ze zouden last hebben van de licht- en geluidseffecten en te veel kunstjes moeten doen. Veel mensen zien ze daarom liever rondzwemmen in de natuur. Dolfinaria zelf zeggen dat het wel meevalt, de dieren zouden het leuk vinden om trucjes te leren en worden goed behandeld, vinden zij.

Een Amerikaans techbedrijf speelde slim in op die kritiek door een robotdolfijn te bouwen. Het bedrijf maakt al eerder dolfijnen voor Disneyfilms en dat is te zien. De robotversie is bijna niet van echt te onderscheiden. Parken die de nepdolfijn in hun zwembad willen laten rondzwemmen moeten wel even flink sparen: de robot kost meer dan 23 miljoen euro. Maar, zeggen de makers, hij gaat dan ook veel langer mee dan een echte en heeft bijna geen onderhoudskosten. De robot heeft geen duur voedsel nodig en het water hoeft niet verwarmd te worden. Om erachter te komen of mensen de robotversie kunnen herkennen voerden de makers een test uit voor publiek. Zij zagen een echte dolfijn naast de robot zwemmen en moesten aangeven welke echt was en welke niet. Dat bleek nog best moeilijk, vertelden de makers aan de Britse krant The Guardian. Sommige mensen vinden het toch een beetje vreemd, zo'n robotbeest tussen levende dieren. Maar volgens één van de makers gaat dat vast veranderen, vertelt hij aan de krant. 'Jongeren spelen ook veel levensechte games online. We moeten ons afvragen wat echt is en wat nep.'

Als je de namaakdolfijn wilt zien, zul je voorlopig helemaal naar China moeten afreizen. Daar worden ze gebruikt in grote aquaria, om winkelcentra op te fleuren. Of een filmpje bekijken van de robot dolfijn op YouTube.

Onze Ambassadeurs