Provincie besteedt aandacht aan slavernijverleden
De provincie Noord-Holland gaat in gesprek met haar inwoners over het slavernij- en koloniaal verleden. Het doel is om meer begrip en bewustzijn te creëren over wat het slavernij- en koloniaal verleden heeft betekend en tot op de dag van vandaag betekent.
De plannen vloeien voort uit de Motie 'educatie koloniaal verleden', die Provinciale Staten van Noord-Holland in juni van dit jaar hebben aangenomen.
Arthur van Dijk, commissaris van de Koning: ‘Ik vind het belangrijk dat we een maatschappelijke discussie voeren over de omgang met ons koloniale verleden, dat verbonden is met uitbuiting, slavernij en hedendaags racisme. In mijn toespraken en bij openbare optredens besteed ik er, waar mogelijk, aandacht aan.’
Voor de uitvoering van de motie organiseert Noord-Holland, samen met onder andere het Tropenmuseum en het Huis van Hilde, een aantal exposities. Ook worden dialoogtafels georganiseerd en zoekt de provincie aansluiting bij bestaande initiatieven.
De provincie neemt in haar scholenprogramma een opdracht op voor leerlingen en lesmateriaal voor docenten over het koloniale verleden van Paviljoen Welgelegen. Door het scholenprogramma te betrekken bij de activiteiten laat de provincie aan de jongere generatie zien dat Noord-Holland er is voor iedereen, ongeacht kleur of afkomst. De provincie kijkt het verleden aan, verbindt dit met het heden en draagt zo bij aan een inclusieve samenleving.
Het onderzoek naar Paviljoen Welgelegen is te downloaden op de pagina over de geschiedenis van Paviljoen Welgelegen.